Winkelpanden met basisvoorzieningen sneller verhuurd, casco minder in trek

Casco is achterhaald
"Casco-oplevering komt voor uit het idee dat een nieuwe huurder zijn eigen 'sausje' wil aanbrengen," legt Iris Lageweg, vastgoedadviseur bij Molenbeek Makelaars, uit. "Dit werkt vaak voor grotere winkels van 1.000 m² of meer, of voor ketens die hun eigen herkenbare stijl willen. Maar voor kleinere objecten, zoals die in de binnenstad, is casco vaak niet meer passend."

Sterker nog, volgens Iris is het een vorm van kapitaalvernietiging: "Een huurder brengt voorzieningen aan, zoals een toilet of pantry, maar als hij na vijf jaar vertrekt, dient officieel alles weer te worden uitgebroken. De nieuwe huurder moet diezelfde voorzieningen opnieuw plaatsen, waarschijnlijk op exact dezelfde plek. Dat is zonde van het geld en de tijd."

Instapklare oplevering is populair
Het sentiment onder winkeliers, versterkt door de gevolgen van de coronapandemie, is veranderd. Ook de huidige wereldwijde spanningen en daarmee economische onzekerheid speelt mee. Veel ondernemers zijn voorzichtiger geworden en kiezen daarom liever voor objecten waar ze zonder grote uitgaven aan de slag kunnen.

“Winkels waarvan het opleveringsniveau in de basis op orde is, worden over het algemeen sneller verhuurd dan casco winkelruimtes,” merkt Iris op. “Als winkelier kies je natuurlijk voor een ruimte waar je meteen aan de slag kunt. Als je de keuze hebt tussen een casco ruimte waar je alles zelf moet doen, of een instapklare ruimte dat je alleen nog jouw ‘look and feel’ hoeft te geven, dan is de keuze snel gemaakt.”

Maak duidelijke afspraken
Toch kiezen veel verhuurders nog steeds voor casco verhuur, omdat ze zo min mogelijk kopzorgen willen hebben. Iris ziet hier mogelijkheden voor een andere aanpak.

“Je kunt als verhuurder afspraken maken over wie waarvoor verantwoordelijk is. Stel, er hangt een airco in het pand. Als deze kapotgaat, kan je afspreken dat de huurder deze vervangt. Het belangrijkste is dat het pand wordt opgeleverd in dezelfde staat waarin het is verhuurd, inclusief de basisvoorzieningen. Dit biedt duidelijkheid voor beide partijen en maakt het aantrekkelijker voor winkeliers om een pand te huren.”

Contracten met breekoptie
Ook de duur van huurcontracten speelt een rol in de veranderende wensen van winkeliers. Waar voorheen een standaard huurperiode van vijf jaar gangbaar was, durven ondernemers dit steeds minder aan.

“Veel winkeliers zien idealiter een breakoptie na twee of drie jaar in hun contract, omdat ze het vaak een te groot risico vinden om zich voor langere tijd vast te leggen. Als je als ondernemer al onzeker bent, wil je niet aan het begin van de huurperiode een grote investering doen in basisvoorzieningen,” zegt Iris.

Meebewegen met veranderingen
Voor pandeigenaren is het belangrijk om mee te bewegen met deze trends. “Er staat altijd een percentage winkelpanden leeg in de binnenstad van Utrecht. Winkeliers hebben dus een keuze. Als verhuurder moet je je pand aantrekkelijk presenteren. Instapklare panden met basisvoorzieningen en een duidelijke verdeling van verantwoordelijkheden zorgen ervoor dat je sneller een huurder vindt.”

Wachten op de perfecte huurder
Toch zijn er nog veel pandeigenaren die liever wachten op een stabiele huurder die zich voor langere tijd in een winkelpand wil vestigen, en bereid is om zelf investeringen te doen.

Het risico van wachten op een huurder die zich wel voor vijf jaar wil vastleggen? “Dan bestaat de kans dat je minder snel een nieuwe huurder vindt," geeft Iris aan.

"Flexibiliteit en een instapklaar opleveringsniveau zijn op dit moment de sleutel om leegstand te minimaliseren en de juiste huurders aan te trekken. Met een object met basisvoorzieningen maak je het voor winkeliers een stuk leuker om het object te huren.”

Terug naar de nieuwsbrief >